IJsland

4 juni

We zijn aan het eind van dit deel bijna rond. Er zijn nog 3 dagen te besteden voor we donderdag 13 juni op de veerboot gaan.
Maar eerst de afgelopen dagen.
Via de wegen 72,1, 74, 744, 75 en 76 leggen we 200 kilometer af naar Siglufjordur. We rijden over een zeer afwisselende route. Stukjes langs de zee en stukjes binnenland en bergen wisselen elkaar af.
Helaas is het erg koud, wat ons weerhoudt om lang buiten te staan of te zitten. In de camper wisselen de ah's en oh's elkaar af.
Onderweg koffie bij Vatnsdalur en kijken naar pseudokraters en een meer wat is ontstaan tijdens een vloedgolf.
De camping in Siglufjordur is in het centrum. Nu sta je in de IJslandse plaatsen al gauw in het centrum, maar hier is het echt zo. Mooi aan de haven.
De campingbaas geeft ons nog een aantal leuke tips voor de volgende dag. De hotpot in Hauganes en Kafi Ku in Akureyri.
De eerste gaan we morgen doen, maar koffie bij de koeien slaan we maar over.

5 juni

Vandaag maar eens een plaatselijk museum.
Siglufjordur was van het begin van de 20e eeuw tot in de 70-er jaren van begroot belang in de haringvangst en verwerking.
Van zoute haring, inleg haring, visolie en vismeel.
Erg interessant verhaal. Hebben hier ruim een uur rondgelopen.
Daarna het advies van de campingbaas opvolgen en naar Hauganes. Hiervoor moeten we door één van de langstre tunnels van IJsland. 7,9 kilometer van de 60 die we vandaag rijden gaat door de tunnel.
In Hauganes proberen ze toeristen te lokken met walvissafaris en hotpot. Wij doen geen walvissen, maar wel de hotpot. Deze ligt 50 meter van de camper. Biertje mee en garen maar.
Helaas niet gerekend op de toeristen van de walvissafari. Die komen met veel lawaai(vrouwen en drank) de pot bezetten.
Wij wijken maar uit naar de kleinere. Ook lekker.
's Avonds is het weer eens tijd voor gebakken schol. Gefileerd en al uit de diepvries en kost geen drol.

6 juni

Vanochtend buiten ontbeten. Zonnetje schijnt, maar het is toch frisjes. We zitten achter het windscherm.
We gaan eerst richting Akureyri om de koelkast weer eens te vullen. Kaffi Ku laten we maar even voor wat het is.
De Bonus voorziet ons weer van het nodige voor de komende dagen. Koelkast vol en dus weer door.
We komen eerst langs de Godafos. Deze waterval ligt aan weg 1 en is voor ieder makkelijk te bereiken. Een leuke waterval, maar het is er druk.
Dan richting Myvatn via weg 848. Deze gaat rond het meer.
Halverwege stoppen we om een wandeling langs de pseudokraters te maken en vogels te kijken.
De camping die we aan het eind van Myvatn op het oog hadden is dicht. We besluiten dan door te rijden naar Heidarbaer aan weg 87.
Voordat we dat doen gaan we naar Dimmiborgur. Hier kun je de uitwerking van de lava bewonderen. Het staat er in allerlei gekke vormen.
In dit gbied zijn ook weer thermische- en zwavelbronnen. Het er echt onwerkelijk uit.
Dan wordt het tijd om door te erijden naar de camping. Weg 87 gaat echt door de verlatenheid. Er komt ons 1 auto tegemoet tijdens dit stuk.
Op de camping is ook weer een zwembad met hotpot, maar die laten we even voor wat ie is. Het lam moet eerst weer op de BBQ.

7 juni

Vandaag wederom buiten ontbijten met Hollandse aardbeien. Alvast even weer wennen aan thuis.
We willen vandaag o.a. naar de Dettifos, maar dan via weg 85 en 862. De laatste is een gravelweg.
Eerst gaan we via weg 85 en 87 langs Husavik (dé walvisstad) en Tjórnes naar Asbyrgi.
In Husavik zien we inderdaad de boten voor de walvisgluurders op dienstregeling uitvaren. Terwijl we even buiten het dorp staan, komen er 3 boten binnen en varen er 4 weer uit. Big business hier.
Even buiten het dorp kun je de baai nog beter zien. Hier is ook een hotpot, maar dan een luxe. Kost € 75 met z'n tweetjes. Hmmm, dan komt de Groninger inslag even boven.
Vanaf Husavik rijden we langs de zee. een schiiterende route met veel ah's en oh's. Uiteindelijk komen we is Asbyrgi en kijken daar in het bezoekerscentrum wat rond. Dit gebied is weer onderdeel van het Vatnajökul nationaalpark.
Dan maar op naar de Dettifos. De weg is open en zou slechts 3 kilometer slecht wegdek hebben. Na 12 kilometer en nog 18 te gaan, gaan we toch maar terug. Alles rammelt en piept en hupt. De Hymer heeft ook z'n grenzen. Als we doorgaan moeten we morgen ook nog ditzelfde stuk terug.
Een eindje terug kunnen we naar een campinkje. Daar gaan we staan en maken een wandeling door het gebied.
Hier liggen lavaformaties die de Krafla heeft uitgeprutteld.

8 juni

Toch maar afgezien van buiten ontbijten op deze prachtige camping. Verspreid tussen de boompjes staan 3 campers.
De reis naar de hoofdweg gaat langzaam. Het is net of de kuilen vannacht zijn uitgegraven. Na een 3 kwartier bereiken we de hoofdweg.
De reis gaat naar Raufarhöfn, het noordelijkste dorp op het vaste land van IJsland.
Vanaf Kopasker rijden we door een verlaten landschap. Zelfs auto's komen we niet tegen. Met het miezerige weer erbij maakt het een triste, troosteloze indruk.
Je kunt hier wel begrijpen dat de jeugd wegtrekt. Fucking Amal is hierbij vergeleken een bruisende wereldstad.
Wel hebben ze in dit dorp de Arctic Henge geplaatst. 4 zuilen met de windrichtingen en een centrale zuil die uit de 4 tussenrichtingen bestaat. De middernachtszon moet er dan doorheen schijnen. Er was middernachtszon, maar helaas voor ons achter de wolken, anders hadden we het kunnen controleren.
Naast de camping is een zwembad, waar eens een keertje lekker hebbben gegaard. Doen we niet zo vaak.

9 juni

Vandaag een beetje miezerig dagje. Motregen en mist. Dan valt er niet veel te beleven.
Wel weer een heerlijk rustige route, met mooie plekjes voor koffie en lunch.
Gelukkig vinden we onderweg naar Vopnafjordur nog een hotpot/zwembad. Gezien het weer wel een leuke onderbreking.
In het bad een praatje met een Duits meisje dat al sinds februari in de buurt op een boerderij werkt.
Eens iets anders dan een wereldreis na je studie. Er is hier blijkbaar voldoende van dat werk, want je komt ze overal tegen.
De camping van Vopnafjordur is maar een klein eindje meer. Morgen hier maar eens wandelen. Het zou mooi weer moeten worden.